Je denkt dat je de eerste bent,
de enige,
een uitzonderlijk begin in plaats van een einde.
Je duikt sluw weg voor de houdgreep
van vorige tijden, van eerdere anderen.
Je probeert jezelf afzonderlijk te maken.
Wie zal het anders doen?
Dus kauw je lucht, blaas je groteske slogans,
vlieg je strak met je ego
– steeds dat ego –
de zon tegemoet.
En voor je het weet,
na een halve mensenleeftijd,
lost je eigen zinnig op.
Je voelt dat je de zoveelste bent,
de zelfde.
Elke mens leeft in herinnering in elke andere, toch?
Elke regel herhaalt zich in de volgende.